Armeense korenbloem

0
938

Het geslacht korenbloem (Centaurea) telt zo’n vierhonderdvijftig soorten. Het overgrote deel groeit van nature in Europees Azië en de noordelijke landen van Afrika.

Centaurea macrocephala heeft een knotsvormig bloemhoofd

Centaurea behoort tot de distelachtigen uit de omvangrijke familie van de samengesteldbloemigen (Compositae). Centaurea macrocephala is een soort die goed kan groeien op kleirijke, goed doorlatende grond.

Centaurea macrocephala komt in grote groepen voor op akkers in de sub-Alpine gebieden van Armenië en het aanliggende gebied in Turkije. De plant heeft een onvertakte stengel met daaraan rond langwerpig blad. Het blad is gekarteld, de punt is priemvormig. In genoemde gebieden is het een echt akkeronkruid. In de tuin moet de plant een plaats in de volle zon hebben om tot een flinke productie van bloemen te komen.

Hoofdbloei juli t/m augustus

De bloem is uitstekend te gebruiken in een boeket met zomersnijbloemen.

Een Armeense korenbloem in bloei heeft knotsvormige bloemen. De goudgele, lintvormige bloemen staan dicht bij elkaar op een bloembodem. De bloembodem heeft glimmend bruin gekleurde, gefranjerde omwindselbladen. De bloem doet sterk denken aan artisjok, wanneer deze in bloei staat. De hoofdbloei is in juli tot en met augustus. Deze korenbloem groeit fors uit en kan een hoogte bereiken van één tot anderhalve meter. Plant ze op dertig centimeter uit elkaar.
De Armeense korenbloem groeit goed op water doorlatende grond, waarin wat puin en compost zijn verwerkt. Kleigrond gemengd met compost en puin is feitelijk de ideale grond voor deze plant. De plant wortelt diep in de ondergrond en is een lang leven beschoren als de ondergrond niet te lang nat is. De plant wordt vermenigvuldigd door zaaien en scheuren of delen in voor- of najaar.
Andere korenbloemen: Kaukasische korenbloem en blauwe korenbloem.

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in