Solanum ‘Rantonettii’, een fraaie klimmer

0
516

Wie geregeld een bloemist of tuincentrum bezoekt, ziet altijd wel weer nieuwigheden die de aandacht trekken. Meestal zijn het bloeiende planten, waarop je oog valt. Ze verkopen zich bijna vanzelf. Zo’n plant is ook een flink hoog gegroeide (en bloeiende) Solanum ‘Rantonettii’.

Het geslacht Solanum is omvangrijk. Er zijn consumptiegewassen (aardappel, tomaat), (on)kruiden en sierplanten, die ertoe behoren. Zowel laag bij de grond groeiende als klimmende planten zijn lid van dit geslacht. Als klimmende sierplant is Solanum crispum ‘Glasnevin’ het meest in zwang. Solanum ‘Rantonettii’ is de laatste jaren op weg om meer in de mode te komen.

Solanum ‘Rantonettii’ bloeit de hele zomer tot laat in de herfst

De verzorging van beide klimplanten is identiek. Het zijn beide blikvangers voor balkon, terras of kleine stadstuin. Wat het meest in het oog springt, is de lange bloeitijd. Je beleeft er minstens vijf tot zes maanden bloeiplezier aan.

Solanum ‘Rantonettii’ is niet geheel winterhard. Wie de plant koopt en wil overhouden, moet zich wel realiseren of er in de winter een plaatsje binnen beschikbaar is. De klimplant wordt van klein tot groot aangeboden en kan uiteindelijk wel tot drieëneenhalve meter hoog worden. Ook dan is de plant een onweerstaanbare blikvanger.

Verzorging

Om hoge opgroei mogelijk te maken is een ruime pot of liefst grote kuip wel het allerminste. In een (kleine) stadstuin kan ook in de volle grond worden geplant. In die omstandigheid groeit de klimmer heel voortvarend. Plant Solanum in een humusrijke (pot)grond. Een beschutte plaats in de volle zon zorgt voor een heel rijke bloei. Geef de plant geregeld water; de grond moet licht vochtig blijven. Voeg aan het gietwater één keer per maand vloeibare plantenvoeding toe.

Leiden

De plant is niet zelf hechtend of klimmend. Ze moet worden geleid en regelmatig worden aangebonden. Daarmee heb je de uiterlijke vorm van de klimmer in de hand: een breed uitlopende vaasvorm, piramidaal of bolvorm op stam. Regelmatig toppen of nijpen van de uitlopers zorgt voor een dichte vertakking en dus volle plant. Na de bloei (aan het begin van de winter) of in het voorjaar (voor het uitlopen) kan de plant licht worden gesnoeid. Nooit in één keer de plant verjongen, maar elk jaar een oude scheut/stengel verwijderen. Ongewenste of een teveel aan scheuten kan gedurende de groei worden weggenomen.
Draag bij het snoeien handschoenen; het sap kan bij sommige mensen allergische reacties op de huid veroorzaken.

Binnen of buiten

Geef de plant binnen een plaats voor de eerste nachtvorst. In de periode dat de plant binnenshuis staat een matige hoeveelheid water geven. De plant verdraagt kou tot min10° Celcius. Op een beschutte plaats in de tuin is afdekken met dennentakken of grof blad ter bescherming in de winter mogelijk. Zelfs bij bevriezen van het blad zullen in het voorjaar weer scheuten uitgroeien. Wie geen ruimte heeft om een grote kuip in huis te halen, kan zijn toevlucht nemen tot stekken in pot. Stekken kunnen tijdens het hele groeiseizoen worden gemaakt.

Nachtschadeachtigen

CestrumStreptosolenIochromaBrugmansiaIochroma
NachtschadeSolanum ‘Rantonettii’Solanum jaminoides ‘Album’Lampionplant

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in