De duivelswandelstok of engelenboom is een markante struik of kleine boom. Het duivelse zit hem in de gemene stekels op de stam. Wie daarmee in aanraking komt, kan lelijke wonden aan handen of armen oplopen. De schermen met bladeren zitten aan de top, daardoor is het een decoratieve struik.
Een duivelswandelstok heeft scherpe stekels op de stam |
---|
De duivelswandelstok (Arália elata) behoort tot de klimopachtigen (Aráliaceae) en is dus familie van de gewone klimop. De familieband is pas zichtbaar als de bloemen worden vergeleken. De soorten hebben een bolschermvormige bloeiwijze. De meeste andere soorten van de klimopfamilie, onder andere Acanthopanax en Kalopanax, dragen scherpe stekels op takken en twijgen.
Een duivelswandelstok heeft lange bladstelen met daaraan twee- tot driemaal geveerde bladeren. De schermen met bladeren zijn kolossaal groot en groeien in alle richtingen. De schermen zijn licht gebogen en staan vrijwel horizontaal op de stam. De struik heeft een sterk architectonische vorm: kale opgaande stammen met platte schermen daarop.
De duivelswandelstok is inheems in Japan en groeit daar in open bossen en op vlakten. De struik is bladverliezend. De bloei begint in juli en loopt door tot in oktober. Bloemen worden druk bezocht door bijen. Tijdens de bloei is de struik omringd met een zoete lucht. De bloemen die zijn bevrucht laten hun kelkblaadjes vallen. Onder de struik ligt dan een tapijt van crèmekleurige bloemresten.
Wanneer de donkere zwartblauwe bessen eenmaal zijn gerijpt, dalen zwermen spreeuwen op dit lekkere hapje neer. Het tijdstip van rijp zijn van de bessen valt vrijwel gelijk met de aanstaande trek van de spreeuwen. In een mum van tijd zijn de bessen verdwenen, sapspetters van de bessen en spreeuwenpoep worden als dank achtergelaten.
Bloei met lange, pluimvormige schermen. Besvruchten staan in kleine kransen |
De zwartblauwe bes wordt graag door spreeuwen gegeten |
---|
Soorten
Arália leent zich goed om als solitair in zowel voor- als achtertuin te worden geplant. De struik heeft geen snoei nodig. Wel is het oppassen geblazen met de wortelopslag, waaruit nieuwe struiken ontspringen. Voordeel is dat je door deze wortelopslag altijd beschikt over een vervangende struik als de ‘oude’ struik te groot wordt.
* Arália elata – struik/kleine boom tot tien meter hoog; met groen blad. * Arália elata ‘Variegata’ – heeft een smal wit randje langs het blad. * Arália elata ‘Aureovariegata’ – blad is goudgeel gerand. |