Lindebomen worden in Nederland veel gebruikt in parken en plantsoenen, langs oprijlanen naar Friese boerderijen en als leiboom pal voor boerderijen. Van oudsher werd een lindenscherm aan de voorzijde van veel boerderijen geplant om koelte te geven aan de ‘mooie’ kamer en de daaronder gelegen melkkelder.
Linde bloeit met lichtgele bloemen in tuilen |
---|
In moderne tuinen zijn leilinden steeds meer te zien. Ze nemen weinig ruimte in beslag en het is een mooie ‘haag’ op stam om ongewenste inkijk te reduceren. In architectonisch opzicht vormt het platte scherm een fraaie wand om de begrenzing(en) van de tuin eens extra te accentueren of om gewenste lijnen in of door de tuin te articuleren.
Van linde (Tilia) bestaan veel soorten met elk weer veel variëteiten. De meeste soorten zijn geschikt als solitair of om te gebruiken als beplanting van lanen en wegen. Zo is er de Amerikaanse linde (Tilia americana), de kleinbladige linde (Tilia cordata), de Krimlinde of Hollandse linde (Tilia europaea), de zwarte linde (Tilia vulgaris), de zilverlinde (Tilia tomentosa) en de grootbladige linde (Tilia platyphyllos). Onderlinge verschillen berusten vooral op bladgrootte en bladkleur. De linde behoort tot de kleine familie van de lindeachtigen (Tiliaceae).
Een linde bloeit in juni met kleine, geelachtige bloemen in tuilen.
Lindezaad is opgesloten in een kogelvormig zaadomhulsel |
---|
De meeldraden staan ver boven de stamper en bepalen daarmee het silhouet van de bloem. De bloemen worden druk bezocht door bijen, die voor bevruchting zorgen. Lindebloesemhoning is bijzonder vanwege de typerende smaak en het branderige gevoel op de tong. Al tijdens de bloei zijn de lichtgroene vleugels boven de bloemen zichtbaar. Deze vleugels zorgen er uiteindelijk voor dat zaden vanaf september door herfstwinden worden afgerukt en naar verre bestemmingen zeilen.
Bij de esdoorn (Acer) zitten de vleugels aan het zaad vast.
Zaden van de esdoorn hebben vleugels |
---|
Ook daar zorgt wind voor de verspreiding. Kinderen plakken de vleugels wel eens voor de grap op hun neus. De vleugels laten los van het zaad als ze in aanraking komen met vocht. Hierna kiemt het zaad in de bodem.
Linde leiden als scherm
Om als leilinde te worden opgeleid komen de Hollandse en zwarte linde het meest in aanmerking. Niet voor niets kosten leilinden veel geld. Om mooie, horizontaal groeiende liggers te vormen is veel geduld en arbeidstijd nodig. Een ‘beetje’ leilinde kost tussen 225,00 en 600,00 euro.
Het eerste jaar: planten en snoeien
Wie er zelf plezier aan wil beleven om een leilinde op te leiden doet er goed
Een leilinde moet een aantal jaren achtereen worden gesnoeid en aangebonden, voordat deze leverbaar is aan de klant |
---|
aan een halfvolwassen boom (drie of vier jaar oud) te kopen. De hoofdsnoei wordt uitgevoerd aan het einde van de herfst of midden winter. Voorafgaand aan het planten moet een stevig raamwerk worden geplaatst. Het raamwerk kan bestaan uit houten palen met daartussen horizontaal aangebrachte latten op een onderlinge afstand van vijftig centimeter of metalen pijpen met daartussen horizontaal gespannen, gegalvaniseerde spandraden. Overigens zijn schermen ook kant en klaar te koop. Deze schermen zijn groen gecoat, roesten dus minder snel en vallen bovendien minder op.
Direct na het planten (in herfst of winter) worden scheuten op de stam, die zich onder de al aanwezige leggers bevinden, volledig bij de stam weggesnoeid. Bind de harttak verticaal op één of meer horizontaal gespannen draden of het latwerk. Mocht de harttak de gewenste hoogte op het scherm hebben bereikt, dan wordt deze op de maximale hoogte afgesnoeid of leid deze over de bovenste spandraad. De leggers van de linde aanbinden op de liggers (draden of latwerk). Verwijder vervolgens alle scheuten, die niet binnen afzienbare tijd aan de draden bevestigd kunnen worden, en de scheuten die horizontaal of verticaal op de leggers groeien. Kort alle op de liggers aanwezige leggers in door de kop ervanaf te snoeien.
Het tweede jaar: snoeien
Verwijder eventueel nieuwe scheuten die op de stam onder de leggers zijn gegroeid. Kort nieuwe, sterk gegroeide zijscheuten op de leggers terug tot op een sterke zijtak. Alle zijtakken worden teruggezet tot op twee of drie ogen op de scheut. Uit de knoppen groeien krachtige scheuten, die voor begroening van het raamwerk zorgen. Bind de scheut die het meest in het verlengde van de legger is gegroeid aan en kort de lengte met eenderde in. Snoei op een knop waaruit de legger opnieuw kan worden verlengd.
Leilinden kunnen een fraaie wand vormen |
Deze leilinde moet nodig worden gesnoeid |
---|
Het derde jaar en daarna: snoeien
Verwijder de stamscheuten die onder de leggers gegroeid zijn. Alle scheuten op leggers die buiten de einden van het raamwerk groeien, worden teruggeknipt tot op één oog binnen het raamwerk. Alle scheuten op de leggers die horizontaal of verticaal groeien (en dus niet parallel groeien aan de richting van de leggers), worden teruggezet op een zijwaarts gerichte knop. Voor deze scheuten wordt een lengte met twee tot drie knoppen aangehouden.
Parallel aan de leggers gegroeide scheuten kunnen met elkaar worden verweven en moeten worden aangebonden. Zodra de ruimte tussen de leggers onderling vol bezet is met verweven scheuten van de leggers onderling is er pas sprake van een echt scherm.
De eenvoudigste wijze van snoeien van leilinden in herfst en winter is ervoor te zorgen dat alle gegroeide scheuten of stiften worden ingekort tot op twee of drie knoppen gerekend vanaf de legger. Een teveel aan scheuten wordt radicaal bij de legger weggesnoeid. In feite is de snoei vrijwel dezelfde als die van een haag: de vorm wordt erin gehouden door alle scheuten aan alle zijden evenveel in te korten. Het scherm blijft hierdoor dichter. Constant vullen in de zomer gegroeide scheuten het scherm.
Zomersnoei
Een leilinde wordt gedurende het groeiseizoen – met name in de zomer – onderhouden. Het onderhoud is gericht op het in vorm houden van het scherm. Alle te ver uitgroeiende scheuten worden ingekort, totdat een platte haag als vorm overblijft. Een teveel aan scheuten wordt eventueel verwijderd. Houd daarbij in de gaten, welke scheuten in de winter kunnen dienst doen als verlenging van de leggers en ook die scheuten die in aanmerking komen als verweving met andere scheuten tussen de leggers.
Het raamwerk kan eventueel worden verwijderd zodra de leggers volgroeid zijn en de leilinde in de gewenste is gekomen.
Leilinde in herfst/winter snoeien:
de in het rood gemarkeerde scheuten moeten worden verwijderd.
1ste jaar: stamscheuten, scheuten die niet kunnen worden aangebonden, alle verticaal en horizontaal gegroeide scheuten
2de jaar: stamscheuten, snoei zijscheuten van een hoofdscheut terug tot op de hoofdscheut, kort de overige scheuten in tot op twee of drie ogen/knoppen
3de jaar en verder: knip scheuten die buiten het raamwerk groeien af, snoei alle horizontaal of verticaal gegroeide scheuten (voor zover ze niet verweven kunnen worden) terug tot op twee of drie knoppen, vervlecht de scheuten tussen de leggers, houd het scherm in vorm.