Waarom sommige bomen moeilijk of soms helemaal niet te krijgen zijn, is een raadsel. De kurkboom is daar zo een van. Een schitterende en oersterke boom, die
 |
| Kurkboom (Phellodendron amurense) |
|---|
het in ons klimaat prima doet. De elegante en op latere leeftijd brede kroon doet je wanen of je in een Japanse tempeltuin bent. Voor een beschutte plaats en een ruim gazon is deze solitair heel geschikt.
Phellodendron amurense, de kurkboom, komt uit Mandsjoerije in China. De boom is halverwege de negentiende eeuw ingevoerd in Rusland en behoort tot de ruitachtigen (Rutaceae). Pas op latere leeftijd worden scheuten bedekt met een kurkachtige schors. De schors wordt niet commercieel gebruikt om daar kurk van te maken. Uiteindelijk wordt een kurkboom ongeveer vijftien meter hoog, al gaan daar jaren overheen. De kurkboom is een sterke boom, volledig opgewassen tegen de grillen van ons klimaat.
 |
| Een kurkboom bloeit met flinke trossen geelgroene bloemen |
|---|
De boom kan in de volle zon staan en kan de strengste vorst aan zonder te bevriezen.
Plant een kurkboom in een doorlatende, voedzame, humusrijke grond. De boom groeit niet goed op een winderige plaats. De kurkboom bloeit in juni met overdadige trossen geelgroene, lintvormige bloemen. De boom is tweehuizig. In de zomer ontwikkelen zich braamachtige bessen in dichte trossen, die boven het blad uitsteken.
De bladen van de kurkboom zijn 5 tot 11 centimeter lang, aan de bovenzijde glimmend en lichtgroen. De onderkant is blauwachtig groen. De bladen verspreiden bij aanraken een doordringende geur. De kurkboom wordt gezaaid, geënt of door afleggen vermenigvuldigd.
Kurkboom wordt het liefste niet gesnoeid.
