Ptelea trifoliata, de lederboom

0
475

’t Is jammer, dat sommige bomen niet gekend worden. Dat kan zeker gezegd worden van de lederboom. Een enkele keer is de boom te zien in negentiende-eeuwse parken. In ontwerpen van Zocher en Springer, bekende tuinarchitecten van enkele bekende parken in Nederland, komt de boom wel voor.

De lederboom heeft een brede,
ovale kroon

Een lederboom is geschikt voor een middelgrote tuin. ’t Wordt tijd, dat de lederboom wordt gekend.

De lederboom behoort tot de familie van de ruitachtigen (Rutaceae). De boom bloeit in hoofdzaak in mei – juni met tamelijk platte schijnschermen vol witte bloemen. De bladen zijn ovaal en hebben een gave rand. Het blad doet bij een vluchtige beschouwing denken aan dat van sering. Ptelea is in 1704 in Engeland ingevoerd uit het herkomstgebied Noordoost-Amerika. Daar groeit de boom in gebieden met een koel klimaat. De boom groeit langzaam en wordt tot ongeveer acht meter hoog.

De lederboom is familie van Poncirus. Het blad bezit oliehoudende klieren, die bij kneuzing een tamelijk onaangename geur verspreiden. Zoals de tweede naam aangeeft, staan de bladen met z’n drieën bij elkaar.

Ptelea trifoliata bloeit met geelgroene schermen

De stengels zijn sterk vertakt, waardoor de boom in de zomer door het vele blad een bossig karakter heeft. In het najaar verkleuren de bladen naar goudgeel. Een lederboom groeit met name op rijke humusgrond. In ieder geval moet de bovenlaag vocht goed kunnen vasthouden. Een dikke laag met bijna verteerd blad kan in een wijde cirkel rondom de stam worden gelegd. Hierdoor ben je verzekerd van goede regulatie van vocht, waar de boom beslist niet zonder kan. In natuurlijke omstandigheid groeit de boom vrijwel altijd in de halfschaduw van hogere bomen, maar het is niet beslist noodzakelijk deze biotoop na te bootsen. Een andere bijzonderheid van deze boom is de mooie, diepbruine bast. De bast is op oudere leeftijd vrijwel glad en vertoont dan nerven, die voor doorleefd leer ook zo karakteristiek zijn.

Snoeien

Een lederboom heeft geen begeleidende vormsnoei nodig. De snoeischaar kan in de kast blijven liggen. Wie een lederboom als struik koopt, kan een scheut opleiden tot stam/hoofdspil. In dat geval worden alle overige scheuten verwijderd. Deze hoofdspil moet worden aangebonden aan een stevige stok of paal om steun te geven en een rechte stam te vormen. Scheuten van de lederboom zijn in jonge toestand nogal slap. De zijscheuten van de spil worden ongemoeid gelaten. In principe verdraagt een lederboom sterke snoei. Als er al gesnoeid moet worden, is de periode einde winter – begin voorjaar daarvoor het aangewezen tijdstip.

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in