Als ’t tijd wordt om op te schonen: snoeien van struiken en heesters

0
497
struiken snoeien

Enige kennis van welke struik of heester in de tuin groeit is wel noodzakelijk om op de juiste wijze te snoeien. Doorgaans wordt bij de snoei onderscheid gemaakt tussen vormsnoei en verjongingssnoei. Het gehele jaar door moet worden gelet op beschadigd en dood hout, eventueel zieke scheuten, scheuten die in een ongewenste richting groeien of overlast geven en de bij sommige struiken voorkomende wortelopslag. De hiervoor genoemde onregelmatigheden mogen op elk moment worden verwijderd.

Primair is het van belang om altijd te streven naar een evenwichtige, gelijkmatige ontwikkeling van de struik. Dit mag nooit ten koste gaan van de natuurlijke groeiwijze. Er kan gesnoeid worden in het najaar en gedurende de winter, maar soms ook is snoeien direct na het uitgebloeid zijn van de struik noodzakelijk. Snoeien van heesters verlengt de levensduur, bevordert de gezondheid èn vooral de bloeirijkheid.

~ Vorm snoeien ~
* Basisprincipes: stand knoppenstengels en scheutenverjonging *

[ Lijst snoeiwijzen ]

 

Vorm snoeien

Vormsnoei heeft te maken met het in evenwicht brengen van de struik op een zodanige wijze dat deze een esthetisch verantwoorde en open vorm krijgt. Door vormsnoei wordt de sierlijke vorm van de struik benadrukt. Deze wijze van snoeien wordt vooral toegepast op groenblijvende struiken. Bij deze struiken wordt vooral gestreefd naar symmetrie van de opbouw van de bovengrondse delen en om een zekere bolvorm te maken en te behouden. Omdat een groenblijvende struik in het algemeen langzaam groeit, is het zaak het vormen vooral geleidelijk te doen. Spreid de snoei over verscheidene jaren en pas alleen zogenaamde correctiesnoei toe.
Alle bladverliezende heesters hebben veel vaker een vormsnoeibeurt nodig. Het snoeien van dit type heester vereist meer kennis van de struik. Die kennis kan echter door eigen waarneming worden opgedaan.
Allereerst is het nodig te weten of de struik op éénjarig hout of op meerjarig hout bloeit.

Voorbeelden van struiken die bloeien op eenjarig hout, zijn onder andere: Hydrangea arborescens (Amerikaanse hortensia), Buddleja (vlinderstruik), Kerria (ranonkelstruik. Op twee- of meerjarig hout bloeien: Philadelphus boerenjasmijn, Deutzia, Ribes, Forsythia. Bloeien op eenjarig hout zegt eigenlijk al genoeg: er moet voor worden gezorgd, dat ieder jaar nieuwe scheuten worden gevormd. Ieder najaar, wanneer de blaadjes van de struiken zijn afgevallen, wordt een groot deel van de scheuten bij de grond af weggesnoeid. Vanaf het voorjaar ontwikkelen zich nieuwe scheuten, die zullen bloeien. Een voorkeur is om heesters, die op eenjarig hout bloeien, direct ná de bloei te snoeien. Een goed voorbeeld hiervan is Buddleja. Het voordeel van direct snoeien na de bloei is dat er in de zomer direct nieuwe scheuten worden gevormd. De bloemknoppen kunnen al aangelegd worden gedurende de resterende groeitijd van het seizoen. In het voorjaar leidt dit zonder meer tot een betere en vollere bloei van de struik.

Heesters die op tweejarig hout bloeien moeten ook ieder jaar (bij)gesnoeid worden. Snoeien moet dan gebeuren om nieuwe scheuten tot ontwikkeling te laten komen. De oudere scheuten, waarop het komende jaar bloei is te verwachten, worden hooguit wat uitgedund om toetreding van zonlicht mogelijk te maken. Aan dit type struik zijn altijd één- en overjarige stengels aanwezig. Snoeien vindt dus plaats om de struik telkens te verjongen.

Basisprincipes

Voor het snoeien van heesters is in de eerste plaats geëigend tuingereedschap nodig: een scherpe snoeischaar en/of een takkenschaar en soms een korte boomzaag. Scherp gereedschap voorkomt onnodige wonden aan de struik, waardoor er ook minder aanleiding ontstaat voor ziekten.

Stand knoppen

Gebruik uw ogen door te kijken. Aan elke stengel zitten knoppen. In de knop is primair in aanleg een nieuwe scheut aanwezig.

Deze knoppen liggen meestal plat op of aan de stengel. Bij verkeerd snoeien wordt het tegengestelde bereikt van wat noodzakelijk is, namelijk de nieuwe scheut groeit naar binnen of in het hart van de struik in plaats van naar buiten. Op de afbeelding is de snoeisnede aangegeven boven een naar buiten staande knop. Dit is de juiste plaats. Snoeien op een buitenoog kan dus de vorm van een struik beïnvloeden.

Het effect van snoeien op een buitenoog is pas het volgende groeiseizoen te zien. Een jonge,

nieuwe scheut is te voorschijn gekomen uit het slapende oog dat nog in de herfst of winter aanwezig was. Hoe meer gesnoeid wordt nabij de hoofdscheut, des te meer invloed is er op het ‘jong’ zijn van een struik. Snoeien op het juiste (buiten)oog en met het juiste oog is bepalend voor het aanzien van een struik!

Verwijder altijd naar binnen groeiende stengels en scheuten

Naar binnen groeiende stengels zorgen er niet alleen voor dat de struik een warrige en rommelige

aanblik biedt; het is ook nadelig voor de bloeirijkheid, de luchtcirculatie en lichttoetreding. Het hart van een heester moet in principe open zijn. Kruisende scheuten kunnen langs elkaar schuren en verwondingen aanrichten. Gevolg: gevoeligheid voor ziekten wordt groot. Verwijder altijd zulke scheuten. Wacht niet te lang met het wegnemen van ‘verkeerd’ groeiende scheuten. Dikke takken geven grote wonden. Op de afbeelding is in rood aangegeven waar naar binnen groeiende stengels worden weggesnoeid.

Verjongingssnoei

Verjongingssnoei wordt toegepast op alle heesters en struiken.

Ondanks regelmatige snoei komt het voor dat stengels verhouten. Het gevolg hiervan is dat er minder zijscheuten worden gevormd en de struik minder gaat bloeien. Ook verschijnselen als vorming van minder en kleiner blad kan hiervan het gevolg zijn.

Daarom is het noodzakelijk om bij snoeiwerkzaamheden altijd te kijken of er verjongd moet worden. In zulke gevallen is een takkenschaar of kleine boomzaag een onontbeerlijk instrument. Bij heesters waar aan de basis veel scheuten staan te dringen, is het ook nodig om in te grijpen. Licht- en zonlichttoetreding zijn absolute voorwaarden voor een goede ontwikkeling van een heester. Snoei zodanig dat de stengels op afstand van elkaar komen te staan. Behoud de hoofdvorm van de heester ten allen tijde. Op de afbeelding linksboven is te zien waar door snoeien ingegrepen moet worden.

Na de snoei zal het resultaat een open heester zijn die weer een aantal jaren mee kan. Houd bij verjongingssnoei zoveel mogelijk jonge scheuten aan.

Hebt u te maken met een wel erg uit de kluiten gewassen struik, dan is het raadzaam deze eens volledig terug te snoeien. Bijvoorbeeld een sering en een amandelbloesemboompje willen nog wel eens lange tijd ongesnoeid worden gelaten. Aan de toppen is dan meer loof te zien dan op de lagere stengeldelen.
Zaag op 30 cm boven de grond de stengels af. Het volgende groeiseizoen komen er talloze nieuwe scheuten te voorschijn op de afgezaagde stengels. Hierna is het een kwestie van de nieuwe scheuten selecteren, die mogen doorgroeien.

Lijst met heesters en struiken met hun specifieke snoeiwijze.

De andere afleveringen:

Scheuren en delen vaste planten ~ Sierbomen verzorgen en snoeien
Snoeien en vormen van klein fruit ~ Boomfruit snoeien
Verzorging van druiven

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in