Kamperfoelie is van onschatbare waarde. Muren, pergola’s, hekken en schuttingen kunnen ermee worden bedekt. Ze groeien op alle vochtige gronden. Er zijn bladhoudende en bladverliezende soorten. Kamperfoelie bloeit lang, geurt heerlijk en de bloemen zijn fraai om te zien. Kamperfoelie (Lonicera) groeit van nature op verschillende continenten: Europa, de Verenigde Staten van Amerika, China en Noord-Oost-Azië. Er zijn heel veel soorten kamperfoelie. Ze behoren tot de familie van de kamperfoelieachtige (Caprifoliaceae). De plant is genoemd naar de Duitse arts en natuurhistoricus Johann Lonitzer.
De meeste soorten die in aanmerking komen om in ons klimaat te worden geplant, zijn bladverliezend of half bladhoudend. Windende kamperfoelies zijn meestal
 |
| Geurende bloemen in dikke trossen |
|---|
bladverliezend. Bladhoudende kamperfoelie is meer geschikt voor verzamelaars en liefhebbers van bijzondere soorten
Onderhoud
Kamperfoelie is niet kieskeurig qua grondsoort. Op een plaats in de schaduw of halfschaduw groeien ze goed; de bloei wordt er wel door beïnvloed. Hoe meer schaduw, des te minder bloei is daarbij het parool. Kamperfoelie wordt in pot gekweekt. Ze zijn dus het hele jaar door te planten.
Op den duur wordt kamperfoelie een warboel als je ze maar door laat groeien. In hun groei trekken ze duidelijk naar het licht. In de Nederlandse bossen komt kamperfoelie (Lonicera periclymenum) van nature voor. Soms ruik je ze op een zomeravond eerder dan dat je de bloemen ziet. Ze verstrengelen zich tot hoog in wat voor een boom dan ook. Op tijd terugsnoeien van lange en oude takken bevordert de bloei en de vorming van nieuwe scheuten. Snoeien omstreeks half maart.
 |
 |
 |
| Lonicera periclymenum ‘Serpentine’ | Lonicera periclymenum met trossen bessen | Lonicera implexa |
|---|
 |
 |
 |
| Lonicera periclymenum ‘Serotina’ | Lonicera japonica ‘Hall’s Prolific’ |
Lonicera x heckrottii ‘Goldflame’ |
|---|
Ziekten
Een veel voorkomende aantasting is vraat door bladluis. Kamperfoelie kan overdekt raken met dikke kolonies ervan. Ze zijn te bestrijden met eenvoudige middelen zoals een mengsel van water gemengd met groene zeep en spiritus of een speciaal middel tegen bladluizen.
Meeldauw (‘het wit’) overdekt blad en bloem met een wit, pluizig dons. Planten die hierdoor worden aangetast, moeten worden bespoten met een bestrijdingsmiddel (bijvoorbeeld Vital van Ecostyle).
Soorten en variëteiten
| Botanische naam | Bloemkleur | Bloeitijd |
|---|---|---|
| Lonicera x brownii ‘Dropmore Scarlet’ | oranje scharlaken | juni – juli |
| Lonicera caprifolium | roomgeel – roomwit | mei – juni |
| Lonicera x heckrottii | oranje roze | juni – juli |
| Lonicera x heckrottii ‘Goldflame’ | paarsrood | juni – juli |
| Lonicera henryi | purperrood | juni – augustus |
| Lonicera implexa | witroze met purperroze | mei – augustus |
| Lonicera japonica ‘Hall’s Profilic’ | roomwit | juni – juli/okt. |
| Lonicera japonica ‘Dart’s World’ | lichtroze | juni – augustus |
| Lonicera japonica ‘Halliana’ | wit | juni – augustus |
| Lonicera periclymenum | lichtgeel | juni – augustus |
| Lonicera periclymenum ‘Belgica Select’ | karmijnrood met roomwit | juni – juli |
| Lonicera periclymenum ‘Graham Thomas’ | wit tot geel | juni – juli |
| Lonicera periclymenum ‘Select’ | purperrood met wit | juni – juli |
| Lonicera periclymenum ‘Serpentine’ | purperrood met roomgeel | juni – juli |
| Lonicera x tellmanniana | oranjegeel | juni |
| Lonicera tragophylla | goudgeel | juni |
