Lewisia: eet smakelijk?

0
442

Het geslacht telt meer dan twintig soorten, die allemaal met een lange penwortel groeien. Soorten van het geslacht groeien van nature in de Rocky Mountains in het westen van de Verenigde Staten. Het geslacht behoort tot de posteleinfamilie (Portulacaceae). De plant is genoemd naar z’n ontdekker, Meriwether Lewis (1774 – 1838). Indianen schijnen de wortels – ze zijn zo bitter als wat… – een lekkernij te vinden.

Lewisia is echt een plant voor de rotstuin.

Lewisia cotyledon ‘Pinkie’ bloeit met flink grote, zalmroze bloemen

Het is een rijkbloeiende plant, die het uitstekend in de volle zon doet. De plant heeft leerachtige bladen en een lange penwortel. Verplanten is daardoor welhaast onmogelijk. Beter is het om gewonnen zaden in het voorjaar of herfst uit te zaaien. Nog gemakkelijker is het om in de zomer bewortelde uitlopers af te nemen of stengels af te leggen.
Plant Lewisia in een matig voedzame grond, die goed water doorlaat, zodat de wortels niet kunnen verrotten. De plant heeft heel weinig water nodig. Vandaar dat in ons klimaat de groei wat ordelozer is dan in de vrije natuur. Voorkom dus zoveel als mogelijk, dat de plant (te) veel water krijgt: de groei wordt er compacter door en de bloei zal aanmerkelijk langer duren.

Bij ons zijn voornamelijk drie variëteiten te koop, namelijk:
Lewisia cotyledon var. howelii, een tot dertig centimeter hoge plant met roze, witte, gele, paarse of abrikooskleurige bloemen. Wordt tot circa vijftien centimeter breed.
Lewisia cotyledon ‘Pinkie’, met zalmroze bloemen, rijkbloeiend. Tot twintig centimeter hoog en vijftien centimeter breed.
Lewisia cotyledon ‘Ben Chase’, bloeit met uiteenlopende kleuren zoals, roze, wit, rood of abrikooskleurig. Lange bloeitijd. Tot circa tien centimeter hoog en 10 tot 15 centimeter breed.
Daarnaast zijn er inmiddels nog tal van hybriden; Lewisia laat zich goed kruisen.

LAAT EEN REACTIE ACHTER

Vul alstublieft uw commentaar in!
Vul hier uw naam in