Muskuskaasjeskruid komt van nature in Europa voor. In ons land is de plant verwilderd en groeit langs heggen en in bermen. Sinds 1828 is de plant in cultuur. Het is typisch een plant voor verwildering of een natuurlijke tuin.
Het muskuskaasjeskruid (Malva moschata) behoort tot de familie van de kaasjeskruidachtigen (Malvaceae).
 |
| Het muskuskaasjeskruid bloeit met een schotelvormige bloem |
|---|
Het eerste deel van de Nederlandse naam is de vertaling van het Latijnse woord moschata/moschatus, dat ‘van een muskus’ betekent. Het tweede deel van de naam – kaasjes – slaat op de vorm van de vrucht; als van een platte kaas. Door het wrijven van het blad komt een muskusgeur te vrij. Hoewel de plant in verwilderde vorm in Nederland voorkomt, is hij als vaste plant te koop.
Het muskuskaasjeskruid groeit het beste op humusrijke zandgrond. In ieder geval moet de grond goed water doorlatend zijn. De plant kan tot 60 centimeter hoog worden. Het is een overblijvende, meerjarige plant, die in de zon of halfschaduw groeit. De bladen zijn smal, gelobd en gedeeld en zijn iets kleverig. De massief rolronde stengels zijn licht behaard. Het kruid bloeit in de maanden juli tot en met september met een schotel- of stervormige bloem. De bloemen zijn aanvankelijk dieproze, maar naarmate ze meer opengaan, wordt de bloemkleur lichtroze tot wit. De bloembladen zijn dan dooraderd met duidelijk waarneembare, roze aderen. In het centrum van de bloem staan meer dan twintig meeldraden. Het muskuskaasjeskruid is tweeslachtig. Na de bloei verschijnt een bovenstandige splitvrucht, die de vorm van een afgeplatte kaas heeft.
Van Malva moschata bestaat ook een variëteit met witte bloemen, namelijk Malva moschata ‘Alba’. Deze variëteit is meer gewild dan de gewone soort en kan tot 1 meter hoog worden.
