Eind april, begin mei bloeit de Japanse sneeuwbal. De sierlijke, bijna horizontaal gebogen twijgen zijn dan gesierd met een zee van witte bloemen. Het beeld van de struik met die vele bloemen wordt sterk bepaald door de strakke lijnvorm, die ervan uitgaat. In die zin is de Japanse sneeuwbal te rangschikken in het rijtje struiken met een architectonische uitstraling.
De Japanse sneeuwbal (Viburnum plicatum) is er in een aantal variëteiten. Deze variëteiten verschillen van elkaar in hoogte en breedte, die de struik kan bereiken. Een Japanse sneeuwbal kan op vrijwel alle grondsoorten groeien, maar heeft een voorkeur voor humusrijke grond. De meeste variëteiten bloeien vanaf eind april tot zeker in juni, een enkele bloeit tot aan de eerste nachtvorst. Na de bloei komen er donker gekleurde bessen aan, die met enkele overgebleven, steriele bloemen prachtig zijn om te zien.
V. plicatum ‘Mariesii’: de gelaagdheid en het accent op de lijnvormige opbouw is het sterkste; heeft steriele en fertiele bloemen |
---|
Viburnum plicatum komt uit Japan en China. Het zijn in het algemeen breed uitgroeiende struiken. De struik komt het mooist als solitair tot zijn recht. De bladen zijn eirond, spits en aan de voet wigvormig. Langs de rand is het blad gezaagd. De verdiept liggende nervatuur is heel goed te zien. Op de nerven is
In de herfst zijn bessen en (steriele) bloemen van V. ‘Mariesii’ schitterend |
---|
een lichte beharing aanwezig. Het geslacht behoort tot de familie van de kamperfoelieachtigen (Caprifoliaceae). De Japanse sneeuwbal heeft in het centrum van de platte bloemschermen fertiele (vruchtbare) bloemen en aan de rand grote, steriele (onvruchtbare) bloemen.
Snoeien
De Japanse sneeuwbal groeit vrijwel altijd in de karakteristieke, gelaagde vorm. Op oudere leeftijd kunnen vanuit de voet scheuten groeien, die dwars door de gelaagheid heen verticaal omhoog groeien. Om de karakteristieke gelaagdheid te bewaren worden deze scheuten in principe verwijderd. Als er horizontaal gegroeide scheuten moeten worden vervangen en de bloeirijkheid van oude scheuten is teruggelopen, worden één of meer van deze verticaal groeiende scheuten aangehouden. Deze kan/kunnen oude scheuten vervangen. Sterk snoeien is niet aan te raden. De hoofdvorm wordt er gewoonlijk niet beter van. De snoeitijd is in de zomer direct na de bloei, maar veel snoeiwerk heeft een Japanse sneeuwbal niet nodig.
De mooiste soorten
Variëteit/soort | Hoogte en breedte | Bijzonderheden |
---|---|---|
‘Cascade’ | 3,50×5,00 | Opgaande groeiwijze met uitstaande takken. Na de bloei talrijke rode bessen, die later zwart worden. |
‘Lanarth’ | 2,50×5,00 | Twijgen groeien zwak schuin omhoog. Krachtig groeiend. Blad groter dan dat van ‘Mariesii’. |
‘Mariesii’ | 2,00×5,00 | Groeit breed uit met horizontaal afstaande takken. Mooiste vorm van de Japanse sneeuwbal. |
‘Pink Beauty’ | 2,00×5,00 | Bloemen iets roze getint. Lijkt verder op ‘Mariesii’. |
‘Rosace’ | 3,00×5,00 | Heeft een mengeling in bloemkleuren: roze en wit. Takken overlappen elkaar. Blad bij uitlopen bronskleurig. |
‘Rotundifolium’ | 1,75×3,00 | Blad breed ovaal tot rond. Bloeiwijze met bolronde schermen, volkomen steriel. |
‘Sterile’ | 1.75×2,50 | Met volkomen steriele bloemen. |
‘St. Keverne’ | 2,00×4,50 | Breed uitgroeiend met mooie bloemen in vlakke schermen. |
V. tomentosum | 2,50×2,50 | Opgaande groeiwijze. Deze soort is de oorspronkelijke (wilde) vorm. |
‘Watanabe’ | 1,25×1,50 | Tamelijk laagblijvende variëteit. Rijk bloeiend tot aan de eerste nachtvorst. |
Andere soorten
Viburnum x bodnantense – Viburnum globosum Viburnum tinus – Viburnum rhytidophyllum |