Taxodium of de moerascipres valt altijd op onder bladverliezende bomen en groenblijvende coniferen. In de zomer is het ongetwijfeld de transparantie van de kegelvormige kroon, in de herfst zijn de bladen prachtig roestbruin tot geelbruin. In de winter is de boom kaal, maar dan nog is de roestbruine, vezelige stam een lust voor het oog. ’t Is bepaald geen boom voor een kleine tuin.
Taxodium distichum heeft een luchtige kroon |
---|
Voor wie een grote tuin met een natuurlijke vijver van flink formaat heeft, is deze boom ‘weggelegd’. Niet voor niets bedienden landschapsarchitecten in de 19de eeuw zich graag van deze boom in hun ontwerpen voor stedelijke parken en landgoederen.
Vochtig of nat
De moerascipres is inheems in Florida. Daar groeien deze bomen in grote aantallen in de Everglades. Het is een waterrijk en zompig gebied. Moerascipres is daar te zien in ondiepe wateren. Toch kan de boom ook heel goed groeien op een bodem waarvan de (grond)waterstand hoog is. Voor zware kleigrond, hoe vochtig dan ook, is de boom niet aan te bevelen. Veengrond of natte zandgrond komt het meest in aanmerking. Een moerascipres kan dus zowel op het land als in (ondiep) water groeien. Aan de oever van een grote vijver of zelfs tot op een waterdiepte van zestig centimeter is deze cipres in zijn element. In Noord- en Midden-Amerika vormt de moerascipres zijn karakteristieke luchtwortels als hij in het water staat. Plant een moerascipres als solitair of in één of meer groepen. De boom kan een hoogte tot dertig meter bereiken, maar het duurt tientallen jaren voor het zover is.
Een boom die in het water groeit? Taxodium | Taxodium heeft een magnifieke herfstkleur |
---|
Luchtwortels
In Nederland vormt een moerascipres hoogst zelden luchtwortels. In de Everglades wel, omdat de waterstand daar periodiek stijgt en daalt. Normaal nemen bomen via hun wortelgestel altijd lucht uit de bodem op. Een moerascipres verzekert zich van toevoer van lucht door ook een wortelgestel te vormen, dat grotendeels boven de hoogste waterstand uitsteekt. In de Everglades levert dit een uitstekende schuil- en paaiplaats voor vissen op. Het gebied is er welhaast ondoordringbaar door.
Bladeren van moerascipres zijn naald priemvormig |
---|
Waterindianen zijn daar uitstekende gidsen.
Bladverliezend
In april – mei verschijnen de bladeren van deze cipres die tot de familie van de Taxodiaceae behoort. De naald- en priemvormige bladeren groeien radiaal afstaand aan de langloten èn staan in twee rijen langs de kortloten. De bladstand komt het meest overeen met een kippenveer. De bladkleur is het hele seizoen opvallend fris bronsgroen. Een boom met vergelijkbare bladstand en eigenschappen is Metasequioa glyptostroboides, een soort uit dezelfde familie als de moerascipres.
Aan het einde van de herfst valt het kortlot met de roestbruin geworden bladeren in z’n geheel van de scheut.
Soorten
Taxodium distichum wordt het meest gebruikt van alle soorten. Het belangrijkste kenmerk hiervan zijn de kortloten met de tweerijige bladeren daarlangs. De boom kan dertig meter hoog worden met een kroomomvang van twintig meter.
Taxodium distichum ‘Pendulum’ heeft takken die meer horizontaal uit de stam groeien dan van de soort. Kenmerkend is de overhangende, doorbuigende vorm van de takken in de top van de boom.
Taxodium ascendens wordt vijfentwintig meter hoog bij een kroonomvang van vijftien meter. Aan deze boom groeien de bladeren in een radiaal afstaande vorm aan de kortloten, maar staan niet in twee rijen. Deze boom kan ook op minder vochtige grond (zand, klei, veen en leem) worden gebruikt. Deze cipres vormt geen luchtwortels. De stam wordt in de loop der jaren aan de basis steeds breder en groter in omvang.